« Inkoopbeleid VGZ Hulpmiddelen VGZ 2019»

Gepubliceerd op 12-07-2018

Het inkoopbeleid hulpmiddelen 2019 van VGZ roept veel vragen op bij die haarwerkbedrijven, die vanaf maart 2017 geen zorgovereenkomst hebben afgesloten met de VGZ. Het blijkt voor 2019 niet of nauwelijks mogelijk te zijn om een zorgovereenkomst te verkrijgen als je op dit moment niet gecontracteerd ben. Dit lijkt in tegenspraak met de visie van VGZ van ‘zinnige zorg’. In dat kader zegt VGZ het volgende:

‘Bij VGZ organiseren we hulpmiddelenzorg voor al onze klanten die daar vanuit de Zorgverzekeringswet(Zvw) recht op hebben. We spannen ons ervoor in dat iedereen kan rekenen op adequate hulpmiddelen die passen bij de eigen situatie. We letten daarbij op medische kwaliteit, klantervaring en betaalbaarheid van de hulpmiddelen. Hulpmiddelen moeten tenminste voldoen aan de minimale veiligheidseisen en bovendien betaalbaar zijn en voldoende effectief voor onze klanten. We letten dus op de prijs van hulpmiddelen, maar ook op het zinnig verstrekken ervan. Dat doen we niet alleen, maar juist ook samen met klanten, zorgaanbieders en leveranciers.’ ‘Bij VGZ behandelen we alle zorgaanbieders gelijk. Het is voor ons niet bepalend wie de zorg levert, maar wat geleverd wordt. Voor alle aanbieders binnen een bepaalde zorgsoort gelden dezelfde voorwaarden, dus ook voor nieuwe toetreders’. 

Je zou dus zeggen dat VGZ constant aan haar klanten/verzekerden het beste van zorgverleners wil bieden. Echter VGZ houdt met haar zorgovereenkomsten beleid voor o.a.  het hulpmiddel haarwerken de markt van 2017 tot 31 december 2019 gedeeltelijk op slot. Al de afgesloten zorgovereenkomsten lopen tot deze datum. In het VGZ inkoopbeleid van hulpmiddelen 2019 staat dan ook dat:

met uitzondering  van CPAP, Zuurstof, Audiologische hulpmiddelen, Stomamaterialen en Afvoerende incontinentiematerialen geldt voor alle overige hulpmiddelen dat er voldoende zorgaanbod is gecontracteerd om aan de behoefte van onze verzekerden te voldoen.’

HSBN is voorstander om ongebreidelde wildgroei van zorgovereenkomsten tegen te gaan. Maar wij vinden een bijna 3 jarige stop van het aangaan van nieuwe zorgovereenkomsten met haarwerkbedrijven niet de juiste weg. VGZ loopt daarmee kans dat ze haar klanten/verzekerden goede zorgaanbieders onthoudt. HSBN ziet veel meer in een goede controle, zoals door de SEMH,  of de haarwerkbedrijven de producten en diensten daadwerkelijk op het kwalitatieve niveau leveren die (ondermeer) VGZ van ze verlangt. HSBN probeert op allerlei mogelijke manieren hierover het gesprek aan te gaan met VGZ.

Het is overigens niet zo dat je als haarwerkbedrijf geen haarwerken mag leveren aan klanten/verzekerden van de VGZ wanneer je geen zorgovereenkomst heb afgesloten.Dat mag namelijk altijd, echter er kunnen bij sommige polissen (financiële) nadelen aanzitten.

Bij de natura polissen, bijvoorbeeld ‘VGZ uitgebreid’, wordt geen vergoeding vanuit de aanvullende verzekering verstrekt en wordt het basisbedrag voor 80% uitgekeerd. Dus de maximale vergoeding is dan in totaal in 2018 € 344,80.

Bij de restitutiepolissen, bijvoorbeeld ‘VGZ eigen keuze’ wordt 100% van het marktconforme tarief vergoed.

 

153139201449301596dc3698bf82817afd510f94e4.jpg